top of page

Soms is één moment van magie genoeg

Cécile McLorin Salvant + Metropole Orkest

 

Muziekgebouw aan 't IJ, Amsterdam 1 maart 2016

door: Kees Schreuders 

 

​gepubliceerd in: Draai Om Je Oren

 

Het succes van het hybride Metropole Orkest tekent zich af door hommages aan Duke Ellington, Disney, Quincy Jones, Frank Sinatra en samenwerkingen met jong aankomend en net gearriveerd talent uit de pop- en jazzwereld. Zoals: Snarky Puppy, Laura Mvula, Kovacs, Madeleine Peyroux, Robert Glasper, Gregory Porter, Tory Amos, John Scofield, Dino Saluzzi en nog vele anderen.

En dit gevierde orkest kan zich gelukkig prijzen met begenadigde solisten zoals pianist Jasper Soffers, trompettist Rik Mol, trombonist Bart van Lier en altsaxofonist Paul van der Veen.

Tijdens de laatste Grammy Awards werd de gevleugelde samenwerking met Snarky Puppy bekroond. Reden genoeg om de artistieke leiding en het ondernemerschap van dit orkest lof toe te wuiven.

Vanavond treden zij aan met die andere kersverse Grammy Award-winnares: Cécile McLorin Salvant, die haar status van - aankomend talent - inmiddels al ruim ontstegen is. Afgelopen december bewees ze dat op onverschrokken wijze en zorgde met haar trio voor een imponerende avond in de North Sea Jazz Club (zie: recensie).

 

Deze avond lijkt een gelopen race want de combinatie van groot orkest met haar zang lijken elkaar vanzelfsprekend te complementeren. Als ouverture start het orkest met het Home Coming een instrumentale compositie van dirigent/arrangeur Vince Mendoza.

Het is altijd indrukwekkend om een 52-koppig orkest met een enorm driedimensionaal klankspectrum de ruimte te zien veroveren. Daarnaast is het boeiend om te zien hoe een dirigent vanaf de bok de popelende geestdrift van het orkest beteugelt.

 

Cécile McLorin Salvent verschijnt op het podium en neemt haar bescheiden plekje op het podium in. Op de setlist staan naast eigen composities, fris bewerkte klassiekers zoals Good Morning Heartache en All Or Nothing At All. Maar haar markante kracht toont zich met name als ze redelijk onbekend werk van bekende componisten met zo’n intimiteit weet te brengen dat het voelt als standards die je al jaren kent. Maar dan moet ze als muzikante wel voldoende ruimte krijgen om dingen naar haar hand te kunnen zetten. En daar begint de avond te wringen.

 

Er is teveel orkest, letterlijk en figuurlijk. Teveel crescendo’s en te aanwezige arrangementen. In de twee nummers die McLorin met trio speelt en de dirigent van het podium verdwijnt en zij de regie in handen krijgt, hoor je duidelijk het verschil. Ze weet donders goed wat ze wil en laat dat in deze kleine bezetting ook horen. Hier kan ze veel meer buigen, trekken en rekken. En kan ze veel meer subtiele expressie en meer nuances, textuur en fraseringen in haar stem leggen. Met de voor haar kenmerkende luie blues-achtige timing in plaats van de dwingende puntige timing van het orkest.

 

Het is het verhaal van twee kapiteins op een schip, die te beleefd naar elkaar blijven. Het leidt niet tot synergie. Natuurlijk hebben we met een fantastisch orkest te maken, maar in dit geval had het zich dienender mogen opstellen en wat kleiner en in verhouding mogen spelen. Mclorin heeft qua stem en persoonlijkheid nu net niet zulke intense en kleurrijke arrangementen nodig. Naarmate de avond vorderde kreeg het orkest steeds meer bravoure en ging McLorin meer van de grommende lage registers van haar stem gebruikmaken als tegengewicht voor dat alomtegenwoordige orkestgeluid. 

 

Ondanks alles kwam er een moment waarop de avond kantelde van aangenaam naar magisch.

Als toegift zonder orkest en zonder zaalversterking, weet ze alleen met haar stem de zaal compleet te vullen met een adembenemende en strijdvaardige versie van Bessie Smiths ‘You Ought To Be Ashamed (how you treated me..)’. Huiveringwekkend hoe zij het ademloos luisterende publiek weet in te pakken en deze niet anders kan dan uitgelaten te reageren met een staande ovatie. En in dat ene zichzelf ontstijgende moment vergeef je de avond in één keer alle tekortkomingen en kan je alleen maar van een prachtige avond spreken.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Cécile McLorin Salvant zingt a capelle 'Poor Butterfly'

bottom of page