top of page

Nels Cline, please make some noise!

Nels Cline Singers

at the Bimhuios

Een interview (op 3:00) en het concert (op 33:51) is hier terug te horen via Bimhuis Radio:

Bimhuis, Amsterdam 15 maart 2015

door: Kees Schreuders 

foto's: Maarten Mooijman

gepubliceerd in: Draai Om Je Oren

 

 

Een contour is snel geschetst als iemand zegt dat hij gitarist werd op het moment dat hij Jimi Hendrix’ Manic Depression hoorde. En dan z’n formatie de Nels Cline Singers noemt waarin, afgezien van wat incidentele gonzende zangklanken van Cline en de Braziliaanse percussionist Cyro Baptista, geen zanger te bekennen is.

 

Cline is onder andere bekend als de ontwrichtende lead-gitarist van de alt-indieband Wilco. Maar schaart zich ook in het gezelschap van eigengereide gitaristen met een origineel idioom zoals onder andere Marc Ribot, Bill Frisell, Robert Fripp en Fred Frith.

Elke beetje eigenzinnige gitarist, ongeacht genre, rekent hij tot zijn voorbeelden. Met een knipoog meldt hij deze ook in zijn gitaristen-top-200 op zijn website.

 

Nels Cline typeren is geen sinecure, dat is ook niet verbazingwekkend als we zijn biografie even doorlopen. We zien een ongrijpbare muzikale zwerver, die vele genres doorkruiste. De diversiteit aan projecten waar hij bij betrokken raakte, gebruikt hij als ingrediënten en invloeden tijdens zijn optreden. Al die stijlen zijn echter slechts een excuus om dwalenderwijs op zoek te gaan naar waar de noten schuren en ze zich willen loswrikken uit het keurslijf van stemmige, voorspelbare toonreeksen. Onmiskenbaar is dan ook zijn voorliefde voor noise klankschappen, psychedelische drones, improvisatie en urban ambient. Een ‘sonic wonderland’ zoals hij het zelf graag noemt.

 

De formatie van John-Zorn-protegés; Baptista en bassist Trevor Dunn, met Scott Amendola op drums, vormt een orkest dat op het scherpst van de snede de klankgolven weet te berijden. Het is niet verbazingwekkend dat alle musici ruimhartig met effect-apparatuur werken.

De avond opent met een stuk waarin drummer Amendola zich uitleeft met het loopstation en laag over laag, een klaterende ritmestructuur opbouwt. Flarden sonische psychedelica, gruizige rock, broeierige jazz, elektronische drones en andere kruisbestuivingen passeren de revue.

 

Er wordt veel materiaal van het laatste album Macroscope gespeeld. De nummers vertrekken vaak vanuit een herhalend riff; soms rockend luidruchtig, soms met langzame stippelende notenlijnen. Het repeterende raamwerk wordt met klanktextuur en dwarse wendingen ingekleurd en uitgetimmerd. Geluidstexturen, zoals feedback en white noise worden gekoesterd en voeren de boventoon. Er wordt aan noten en melodielijnen gesjord en geschud, vaak totdat de constructie instort en dan kijken waar het je brengt.

Het dwingt je als luisteraar dit concert te ondergaan als het luisteren naar een hoorspel zonder script. Waar met name aandacht wordt gevraagd voor klank en geluid. Schurende en dissonante harmonieën, melodieën die bijna kubistisch ontleed worden. Het versmelten van ritme en toon tot een amorfe nevel van klank. Verrassende orkestraties die naar het eind toe aanzwellen tot een meeslepend crescendo van oprispende solo’s van de divers musici.

Een avontuurlijke reis door een klanklandschap met veel onverwachte en impulsieve ingrediënten. Kortom een avond die zich niet laat kwalificeren als een reguliere luisterervaring maar zich karakteriseert als een weerbarstig sonisch luisteravontuur.

 

 

• www.nelscline.com

 

bottom of page